Een kort overzicht:
- Bij een open net met meerdere bronnen kun je als gemeente meerdere bedrijven laten concurreren. Aandachtspunt is dat niet alle bronnen even duurzaam en zeker zijn.
- Vergroten van de capaciteit van het warmtenet kan op verschillende manieren. Bestaande gebouwen later isoleren vergroot bijvoorbeeld hat aantal woningen dat verwarmd kan worden. Je kunt ook gebruik maken van ‘uitkoelen’.
- Vroeg in het proces rekening houden met uitbreiding (verdeling van winst) is goed voor de relaties tussen stakeholders.
- Wat is de zekerheid van deze bron is de toekomst? En als hij uitvalt, hebben we dan een bron om op terug te vallen? Hoe lang kan deze piekvoorziening de last van het hele net dragen?
- Wat doen we als de businesscase verandert door uitbreiding van het net? Hoe verdelen we in dat geval de winst?
- Maken we keuzes op basis van lage investeringen die nodig zijn om van start te gaan of proberen we lange termijn onderhoudskosten lager houden?
- Welke koppelkansen ‘verzilveren’ we, en welke niet? En waarom niet?
Maak bestaande warmtenetten flexibel en zorg dat ze kunnen uitbreiden
Zorg ervoor dat er nog ruimte is om uit te breiden bij de warmtebron en de hoofdleidingen. Breng dit in beeld voor de hele gemeente. Dit biedt houvast aan gesprekken over de businesscase en de marktverkenning. Bij het beslissen om woningen te koppelen aan een al bestaand net weegt de dichtheid van gebouwen mee. Het makkelijkste is het aansluiten van bestaande blokverwarming op een warmtenet. De collectieve verwarmingsketel wordt dan vervangen door één warmteaansluiting en afgifteset. Voor grondgebonden gebouwen zijn de kosten hoger, omdat er naar verhouding meer distributieleidingen moeten worden gelegd. Daarnaast moeten er meer aansluitingen (een afgifteset per woning) komen.
Ook als bestaande woningen op een warmtenet gaan isoleren komt er capaciteit vrij in het bestaande warmtenet. Dit biedt weer de mogelijkheid om extra woningen in de toekomst aan te sluiten. Hiervoor moet je wel op tijd in het proces rekening houden met toekomstige uitbreidingen.
In de toekomst wordt er meer overgegaan op LT-netten
Deze voorspelling wordt mede gedaan omdat de energieverliezen bij transport lager zijn. Ook heeft lage temperatuur veel meer geschikte bronnen.
Benut de warmte in het water zo goed mogelijk
Dit kan bijvoorbeeld door de aanvoertemperatuur van het warmtenet, de gebouwen en de afgiftesystemen in die gebouwen zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen. Daarmee zorg je ervoor dat de warmte zoveel en zo goed mogelijk gebruikt wordt. De gebouwen blijven comfortabel. Hoewel in het Klimaatakkoord de lijn ‘isoleren tot label B’ wordt gevolgd, is er in de Startanalyse ook ruimte voor isoleren tot schillabel ‘D’. Ook wordt steeds vaker onderzocht of de warmte eerst oude en slecht geïsoleerde buurten kan voorzien en daarna een wijk met goede isolatie. Oude, slechter geïsoleerde woningen krijgen HT warmte. De woningen met de goede isolatie worden voorzien van LT-warmte, waarmee alle beschikbare warmte op een zeer efficiënte manier gebruikt wordt.
5de generatie warmtenetten
In deze netten wordt warmte van zeer lage temperatuur onderling tussen gebouwen uitgewisseld. De warmte wordt lokaal of per cluster op de juiste temperatuur gebracht met een warmtepomp. De ontwikkeling van slimme meet- en regeltechniek speelt hierbij een belangrijke rol.
Koelen kan ook met behulp van deze netten. Huizen worden gekoeld en de afgevoerde hitte wordt tijdelijk opgeslagen in bijvoorbeeld Warmte Koude opslagsystemen (WKO’s). Zelfs warmteleveranciers zoals datacenters kunnen hierdoor gekoeld worden.
Gebruik slimme meet- en regeltechnieken voor het optimaliseren van bestaande warmtenetten
Denk daarbij aan het voorkómen van een hoge piekvraag naar warmte door op basis van de weersverwachting al vóór de ochtend te starten met het verwarmen van een gebouw.
In de techniek vinden er nog ontwikkelingen plaats om bestaande woningen aan te sluiten. Hiermee is nog niet heel veel ervaring opgedaan in Nederland. Mogelijke ontwikkelingen zijn aansluiten via de zolder of via leidingen onder de dakgoot.
Eigenaarschap
Inspelen op al deze ontwikkelingen wordt makkelijker gemaakt door te kiezen voor een handige verdeling van eigenaarschap in het warmtenet. Steeds meer wordt er gekeken naar open warmtenetten waarbij meerdere warmteleverancierswarmte kunnen leveren via één warmtenet. Vergelijkbaar met de levering van gas en elektra door verschillende energiebedrijven. Op meerdere plekken in Nederland wordt een open warmtenet onderzocht. Vaak is dit een regionale ontwikkeling waarbij meerdere gemeenten betrokken zijn.
Bekijk ook het voorbeeld van het warmtenet van Zaanstad.
Verdeling op basis van bronnen
De term ‘open’ warmtenet wordt soms gebruikt wanneer meerdere warmtebronnen hun warmte leveren aan hetzelfde systeem. Wij noemen dit een warmtenet met meerdere bronnen.
Bij een open net voor meerdere bronnen staat het warmtenet open voor het invoeden van nieuwe bronnen. Bij meerdere bronnen koopt de warmteleverancier de warmte in op basis van prijs, beschikbaarheid en duurzaamheid. Dit voorkomt dat de warmteleverancier de bron waarvan hij zelf eigenaar is bevoordeelt ten opzichte van andere, meer geschikte bronnen. Laat verschillende aanbieders concurreren voor een zo laag mogelijke prijs. Ook zijn niet alle bronnen even duurzaam en is er ook niet voor alle bronnen zekerheid over de levering van warmte in de komende tientallen jaren. Een risico van open netten is dat wanneer meerdere aanbieders gaan concurreren meerdere partijen winst willen maken op steeds kleinere onderdelen van het net. Deze kosten komen neer bij de afnemer en dit kan de businesscase uiteindelijk onrendabel maken. Daarom is het belangrijk om vroeg in het proces een financieringsplan op maat te maken.
Verdeling op basis van rollen
Een open warmtenet is iets anders dan een gesplitst net. Bij een gesplitst net neemt een partij de rol van netbeheerder op zich en een andere partij de rol van warmteleverancier.
Bij een ‘gesloten’ (of een traditioneel) warmtenet wordt het warmtenet helemaal beheerd door één warmtebedrijf. Deze partij neemt alle rollen in het warmtenet op zich.
Verdeling op basis van rollen én bronnen
Op het open net met leverancierskeuze, leveren meerdere warmtebronnen warmte. In dit warmtenet is er ruimte voor nieuwe bronnen en heeft een afnemer(collectief) de keuzevrijheid om van een bepaalde bron of een zelfgekozen leverancier zijn warmte te krijgen.
Meer informatie